Ga naar content

Zo’n twaalf jaar geleden maakte Huub de Ruiter, docent BWI (Bouwen, Wonen en Interieur) aan het Kennemer College voor het eerst kennis met de 3D-designsoftware SketchUp. Hij volgde wat tutorials op YouTube en inmiddels is het programma niet meer weg te denken uit zijn lessen. “Leerlingen geeft het meer inzicht in hoe een object eruit komt te zien. Zij zijn opgegroeid in een 3D-wereld: een platte tekening is voor hen lastiger te doorzien.”

Het Kennemer College bestaat uit vier opleidingen: een praktijkschool (100 leerlingen), een beroepsgerichte opleiding (800 leerlingen) en een mavo (500 leerlingen) in Heemskerk en een havo/atheneum/gymnasium (800 leerlingen) in Beverwijk. Huub geeft les aan de beroepsgerichte opleiding in het vak Bouwen, Wonen & Interieur, ofwel BWI, een vak dat de leerlingen krijgen van klas 1 t/m 4.

De Ruiter geeft vooral les aan de twee hoogste jaren. Zo’n twaalf jaar geleden werd het Kennemer College een Vakcollege, een extra kwalificatie voor een vmbo. Dat had tot gevolg dat leerlingen al vanaf het eerste jaar ook technische vakken krijgen. De lesmethode voor deze vakken ging uit van het gebruik van SketchUp voor het tekenen in 3D. “Destijds had ik nog nooit van SketchUp gehoord”, erkent De Ruiter. “Maar ik heb het programma gedownload en ben het gaan proberen. Dat deed ik vooral met de hulp van YouTube-tutorials. Eerst volgde ik wat beginnerscursussen en via zelfstudie ben ik steeds moeilijker tekeningen gaan maken.”

Inmiddels is SketchUp ook het aangewezen programma voor de vakken Produceren, Installeren en Energie (PIE) en voor Dienstverlening & Producten (D&P). Als leerlingen aan de slag moeten met het ontwerp van een krukje, tafel of stoel, dan tekenen ze die eerst op papier. Pas daarna gaan ze aan de slag met SketchUp om het model na te tekenen in 3D. De Ruiter: “Dat hoeft overigens niet alleen om een geheel product te gaan; het kan ook gaan om details. Hoe sluit een muur aan op een dakgoot? Dat moeten ze steen voor steen kunnen uitwerken.”


SketchUp in de eerste klas

Het gebruik van SketchUp begint al in de eerste klas. Eerst nog met het tekenen van een kubus met een hoekje eruit. Daarna wordt het steeds moeilijker: dan gaan leerlingen dingen in elkaar zetten en onderdelen assembleren. Stap-voor-stap breiden ze hun kennis uit. Van een enkel meubelstuk tot een compleet tiny house; het kan allemaal in SketchUp. “Veel leerlingen beginnen met het opmeten van hun eigen slaapkamer en tekenen dan een bed of bureau erin. Maar ik heb ook wel eens een opdracht gegeven om een bouwplaats in te richten: waar moeten de hekken? Waar de schaftkeet en waar de voorraadcontainer? Hoe plaats je die handig ten opzichte van elkaar? Op een gegeven moment maken de leerlingen meer vlieguren met SketchUp en halen ze mij in qua kennis en snelheid. Zelf teken ik nog maar af en toe met de hand; voor de rest doe ik alles in SketchUp.”


Projecten met SketchUp

Op dit moment zijn de leerlingen in de hogere jaren bezig met een opdracht voor het ontwikkelen van een tiny house. Het idee hiervoor ontstond samen met andere collega’s binnen het thema techniek. “Een oud-aannemer en een aantal derdejaars mbo-leerlingen helpen de leerlingen bij het project. Een aantal leerlingen is nu begonnen met het tekenen van de wanden. Dat betekent dat ze bijvoorbeeld ook rekening moeten houden met de locatie van de leidingen. Alle onderdelen van het tiny house gaan ze ook echt maken.”

Robot van ruim vier meter hoog

Twee andere in het oog springende projecten zijn een robot en een kippenhok, die beide onder leiding van Huub door leerlingen zijn gemaakt. Allereerst de robot: als liefhebber van het Young Art Festival in Beverwijk bedacht Huub dat het een goed idee zou zijn om samen met zijn leerlingen een kunstwerk te maken dat echt opvalt. “Hoe gaaf zou het immers zijn als leerlingen kunnen zien hoe anderen genieten van iets dat zij gemaakt hebben!” Het werd een kolossale robot van ruim vier meter hoog, compleet samengesteld uit gebruikte materialen, zoals pallets, restanten van een verbouwing en oude balken uit zijn eigen huis. Uiteindelijk leverden zo’n vijftig leerlingen een bijdrage aan de houten kolos. Doordat het Young Art Festival vanwege het coronavirus niet doorging, stond de robot uiteindelijk ruim een jaar in de hal van het Kennemer College te pronken. Uiteindelijk krijgt hij een plek bij het Rijk van Rorik.

Uiteindelijk leverden zo’n vijftig leerlingen een bijdrage aan de houten kolos. Doordat het Young Art Festival vanwege het coronavirus niet doorging, stond de robot uiteindelijk ruim een jaar in de hal van het Kennemer College te pronken. Uiteindelijk krijgt hij een plek bij het Rijk van Rorik.

Kippenhok uit restmaterialen

Nog zo’n topper is vmbo-leerling Eric Katibo, die eigenhandig een gigantisch kippenhok timmerde, eveneens opgetrokken uit restmaterialen. “Echt een topprestatie voor een vmbo-leerling. Al zijn leerdoelen zitten in deze ene opdracht: wanden, daken en kappen bouwen, ramen, deuren en  kozijnen maken en schilderen.’’ In mei 2021 werd het kippenhok geplaatst op landgoed Rijk van Rorik in Beverwijk. Het kippenhok meet 2,80 bij 4 meter. “Alles wat we bouwen proberen we zoveel mogelijk te maken van restmaterialen, circulair dus. Precies in de gedachtegang die Rijk van Rorik graag ziet. Het is belangrijk dat leerlingen leren wat duurzaamheid is: circulair bouwen is daar belangrijk onderdeel van.’’

Volgens De Ruiter heeft het gebruik van SketchUp alleen maar voordelen. “Leerlingen krijgen meteen inzichtelijk hoe een object eruit komt te zien. Zij zijn ook opgegroeid in een 3D wereld: een platte tekening is eigenlijk veel moeilijker voor ze. Nu ze die platte tekening moeten vertalen naar een 3D-model, snappen ze juist de platte tekening ook beter.”


Bouwen, Wonen & Interieur

De opleiding BWI is breed georiënteerd en leidt op voor ieder beroep dat te maken heeft met het bouwen van woningen of bedrijfspanden: bouwvakkers, timmermannen, schilders, metselaars, maar ook interieurspecialisten. Al vanaf het eerste jaar krijg je van alle vakken iets mee: je gaat een keer schilderen, timmeren, beton storten, dan weer maak je een moodboard of ga je met plaatmaterialen aan het werk. In de keuzevakken verdiep je je in bijvoorbeeld metselen, meubelmaken of interieurontwerp- en design. Wie deze opleiding heeft afgerond, kan zich verder specialiseren in het mbo, bijvoorbeeld het meubileringscollege, een schilders- of etaleeropleiding of een opleiding tot binnenhuisarchitect. Naast de echte BWI-vakken, krijgen de vmbo-leerlingen ook nog vakken als Engels, Nederlands, wiskunde en maatschappijleer.


Kansen op de arbeidsmarkt

De Ruiter ziet een groeiende interesse in de opleiding, maar het blijft lastig om jongeren te interesseren voor de bouw. “Er is sprake van een enorme vergrijzing in de bouw. Als jonge bouwvakker kun je zo aan de slag, maar het is fysiek werk en dat heeft niet de voorkeur bij veel jongeren. Ook ouders zien vaak liever dat hun kind gaat studeren, dan dat het met de handen werkt. Vaak is het ook cultureel bepaald: we hebben bijvoorbeeld meer Turkse dan Marokkaanse jongeren, omdat het binnen de Marokkaanse cultuur minder status heeft om fysiek werk te doen. Maar ook Nederlandse ouders hebben liever dat hun kind met de neus in de boeken zit dan op een bouwplaats staat. Terwijl de kansen op de arbeidsmarkt juist voor mensen die wat met hun handen kunnen enorm zijn: je kunt zo aan de bak. Vroeger was werken in de bouw erg zwaar, maar tegenwoordig heb je tilhulpen en andere technische oplossingen die het werk beter te doen maken. De keuze voor BWI is dus helemaal zo gek nog niet!”